Werkwoord zijn "Be" / Het werkwoord zijn "To Be"
Goed / Correct gebruik van het werkwoord zijn (To Be) (Be or To be) in het Engels, voor alle persoonsvormen in de tegenwoordige tijd / heden
Goed / Correct gebruik van het werkwoord zijn (To Be) (Be or To be) in het Engels, voor alle persoonsvormen in de tegenwoordige tijd / heden
LESSON ONE | Les één - / Het werkwoord zijn "To Be" / Eerste les / Het werkwoord zijn "To Be" |
VOCABULARY | Woordenlijst |
DOOR | Deur |
WINDOW | Raam |
ROOF | Dak |
WALLS | Muren |
YARD | Tuin |
TREE | Boom |
HAS | Heeft |
FENCE | Hek |
THE | De / Het |
HOUSE | Huis |
A | Een |
THE HOUSE HAS A DOOR | Het huis heeft een deur |
THE HOUSE HAS WINDOWS | Het huis heeft ramen |
THE HOUSE HAS A ROOF | Het huis heeft een dak |
THE HOUSE HAS A YARD | Het huis heeft een tuin |
THE HOUSE HAS WALLS | Het huis heeft een muur |
THE HOUSE HAS A TREE | Het huis heeft een boom |
ENKELVOUD | MEERVOUD | ||
DOOR | Deur | DOORS | Deuren |
YARD | Tuin | YARDS | Tuinen |
TREE | Boom | TREES | Bomen |